Jansma, Klaas & Schroor, Meindert – Tweeduizend jaar geschiedenis van Noord-Brabant

 10,00

Noord-Brabant. Cultuurcentrum, wingewest en motor.

1 op voorraad

Beschrijving

Noord-Brabant. Cultuurcentrum, wingewest en motor.

Een half millennium geleden was Brabant het warm kloppend hart van het toenmalige West-Europa. Een tijdperk van ongekende weelde, van Bourgondische pracht en culturele verfijning, brak aan. Van Karel de Stoute tot Karel de Vijfde bepaalden grote vorsten in dit grensgebied tussen Zuid en Noord, tussen Romaans en Germaans, in belangrijke mate de ontwikkeling van een heel werelddeel. Kunst en wetenschap bloeiden evenzeer als het geloof. Maar in het werk van een Jeroen Bosch en de Brueghels werd de ontbinding al min of meer aangekondigd, die in de volgende eeuwen zulke tragische gevolgen zou hebben.

Tot dan toe was de ster van Brabant voortdurend gerezen. Na de Romeinen hadden de Franken er hun territorium gehad, van hieruit hun macht voortdurend uitbreidend ten kosten van andere Germaanse stammen. De hertogen die na het jaar 1106 deze traditie voortzetten, werden door hun bijzondere inbreng in de Europese staatkundige geschiedenis onsterfelijk. Zeker geldt dit voor de legendarisch geworden hertog Jan I, de veelbezongen ridder die in de slag van Woeringen (1288) vele tegenstanders uitschakelde en de macht van zijn hertogdom onderstreepte. Hij wist zich heer en meester in een gebied dat zich uitstrekte van het huidige Limburg tot aan de zee en van Leuven tot de Veluwe. Een vorstendom waarin handel en textielproduktie bloeiden, waarin boeren al vroeg gebruik maakten van nieuwe technieken en waar de wetenschap op een hoog peil stond. Zelfbewuste burgers woonden er. Dat werd duidelijk uit de gebeurtenissen rond de “Blijde Inkomst” in 1356, waarin democratische rechten op unieke wijze werden vastgelegd.

Het Bourgondische tijdvak werd voor Brabant in menig opzicht een “gouden eeuw”, welke rampen de volkmassa’s in deze periode ook troffen. Van hieruit werden de Bourgondische bezittingen in de Nederlanden bestuurd. Ondanks de reactie die de machtshonger van de heersers opriep, kon Antwerpen zich ontwikkelen tot handelscentrum zonder weerga, terwijl de universiteit van Leuven een brandpunt werd van intellectuele bloei. Toch werden toen ontbindingsverschijnselen zichtbaar. Het protestantisme bleek in de Duitse landen niet te stuiten. De macht van keizer Karel V werd erdoor ondermijnd.

Noord-Brabant was voor het protestantse Holland lange tijd bezet gebied, een soort wingewest van de Republiek der Verenigde Nederlanden. Als generaliteitsland moest het zich meer dan een eeuw lang overheersing en onderdrukking laten welgevallen. Trouw aan de Rooms-Katholieke Kerk werd bestraft met achterstelling en discriminatie. Pas met het optreden van “verlichte patriotten”, die wensten af te rekenen met de absolute macht van de stadhoudersdynastie der Oranjes, kwam er enig uitzicht op een betere tijd.

Toen de onvrede onder het volk in het midden van de zestiende eeuw door natuurrampen, epidemieën en schrijnende armoede werd aangewakkerd, was het verval niet te keren. Zeker niet door een Filips II die het kille noorden voor gezien hield en zijn residentie naar het mildere Spanje verplaatste. Brabant werd verscheurd door de grote opstand in de Lage Landen die tot in onze jaren bekend zou blijven als Tachtigjarige Oorlog. Antwerpen werd voor lange tijd overvleugeld door Amsterdam, Zuid werd van Noord gescheiden. Beide delen van het eens zo machtige vorstendom zouden voor lange tijd naar de achtergrond worden gedwongen.

De opmars van Pichegru werd door brede lagen van de bevolking hartstochtelijk gevierd en bejubeld. Zou dan eindelijk de bevrijding zijn gekomen? Helaas, ook deze droom werd wreed verstoord door het eindloze gechicaneer dat op de Franse overwinning volgde. Toch werd in de jaren 1795-1813 de basis gelegd van veel vernieuwingen die voor grote delen van de bevolking aan het einde van de negentiende eeuw nieuwe perspectieven zouden bieden. Noord-Brabant logenstrafte de vrees die bij vele hooggezetenen in het noorden leefde tijdens de Belgische troebelen in 1830-’31. Het nam niet actief deel aan de opstand, ook al bestond er in sommige kringen sympathie en begrip voor de vrijheidsstrijders in het zuiden.

Voor de Nederlandse samenleving is dit van ongelooflijk grote betekenis geweest. Want toen in de jaren vijftig van de negentiende eeuw weer enige ruimte ontstond voor het beleven van een eigen katholieke identiteit, bleek juist hier een rijke inspiratie van uit te gaan. De thuisindustrie in Noord-Brabant vormde een krachtige motor voor de Nederlandse industriële revolutie. De crisis in de landbouw van de jaren tachtig leidde vooral hier tot de ontwikkeling van levenskrachtige agrarische organisatieverbanden, tot en met het coöperatieve bankwezen.

De “wet van de stuwende achterstand” bleek weer eens te gelden, ook in de jaren twintig en dertig van onze eeuw toen het arcadische Noord-Brabant totaal van uiterlijk veranderde. Langs de Maasoever en in de Peel werden letterlijk bergen verzet om een nieuwe generatie meer ruimte en betere perspectieven te bieden. Dat Noord-Brabant een onmisbaar deel van Nederland vormt, bewezen niet alleen de Philips-fabrieken in Eindhoven. Het werd ook duidelijk in het laatste oorlogsjaar, toen vanuit het bevrijde zuiden het hongerige noorden naar vermogen werd bijgestaan.

De geschiedenis van Noord-Brabant is het verhaal van een strijdend gewest, van glorie en verval, van levenskracht en identiteitsbesef. Het is in dit boekwerk beschreven door kundige auteurs uit Zuid en Noord, die bij alle respect voor de grote heren juist het leven en strijden van de kleine man van het Brabantse land in ogenschouw hebben genomen.

Titel: Tweeduizend jaar geschiedenis van Noord-Brabant
Schrijvers: Klaas Jansma & Meindert Schroor
Uitgever: Uitgeverij Inter-Combi van Seyen
Staat: Goed

Extra informatie

Gewicht 2,35 kg